Je hoort dat je favoriete auto in Frankrijk uit productie gegaan is en denkt plots; maar dan kan ik er geen meer kopen! Wat doe je dan?

Nou, je gaat naar je dealer en kijkt of je er toch nog een kan bemachtigen. Daarna zet je hem netjes gestald in je garage en wacht tot je meer tijd hebt om er mee te gaan rijden.

Dit is precies wat de Deense eigenaar van deze eend deed. In februari ’88 bestelde hij deze eend bij de dealer in Slagelse. Hij verdween in de garage, het rijden kwam er telkens niet van. Uiteindelijk, toen hij de waarde van voorheen een van de goedkoopste auto’s op de markt flink zag stijgen, vond hij het steeds interessanter om ‘m maagdelijk te houden uit financiële overwegingen. Van goedkoop vervoer naar beleggingsobject, wat een carrière.

De Deense dealers haalden hun eenden uit Duitsland, waarna een aantal lokale verplichte aanpassingen gedaan werden. De Duitse eenden hadden al een achteruitrijlicht, verstelbare bestuurdersstoel en wat afwerkingen in de vorm van kapjes en beugeltjes. De Deense dealer voegde daar nog zij-knipperlichten op de voorschermen en witte hoofdsteunen aan toe. Deze hoofdsteunen vind je ook alleen op Scandinavische eenden. Ook koos de eigenaar voor een set wieldoppen en een grille met chromen rand, om hem nog iets chiquer te maken.

Maar wanneer ga je dan cashen? Kortgeleden vond de man de tijd gekomen en kregen we de kans de eend aan te kopen. Uiteraard was het niet het koopje van de week, in tegendeel, maar kansen moet je grijpen. Het voelde voor ons alsof we de kans kregen het laatste rolletje snoep uit het rek te mogen kopen. Of het laatste eendje op die voorheen tot de horizon gevulde parkeerplaats. Nu bieden we jou de zelfde kans. Vroeger zeiden ze bij een Rolls Royce: als je moet vragen wat hij kost,…. Zou dat tegenwoordig voor eenden ook gelden?