Rond de oorlog ontwikkelde het Franse merk Chenard et Walcker een bedrijfswagen met voorwielaandrijving. Best revolutionair, omdat de laadvloer er veel lager door kwam te liggen. In ’46 kwam de CPV op de markt, eerder nog dan de Citroën H(Y) die in ’48 op de markt kwam.

Het autootje was voorzien van een klein 2-cilinder 2-takt motortje, dat nogal onderbemeten was. Daarom werd gekozen om de 4-cilinder van de Peugeot 202 te gebruiken. Toen het financieel minder ging met het bedrijf en Peugeot door de levering van de motoren de grootste schuldeiser was, werd het bedrijf overgenomen en de bus enige tijd daarna Peugeot D3 genoemd. 

Hij kreeg de motor uit de 203 en werd in 1955 doorontwikkeld naar de D4 met de motor van de nieuwe 403. Ook kreeg het nieuwe model een schuifdeur aan de zijkant. In 1959 werd hij ook leverbaar met een Diesel-motor. Het laatste model, D4B, werd tot ’65 geleverd werd. Daarna volgde de J7 hem op. 

Dit is zo’n D4B Diesel. In ’63 op de weg gekomen, vermoeden we aan de hand van het chassisnummer. Helaas is er geen kenteken bij, maar een document van Peugeot is opgevraagd om hem opnieuw op kenteken te kunnen zetten. Verder weten we niet veel van zijn historie buiten dat hij, getuige de kentekenplaat, in ’66 in departement Tarn is gaan rijden en dat hij een paar jaar geleden naar Nederland kwam.

Hij is gedeukt en gebutst, heeft al diverse kleuren gehad. Is aan de onderkant hard en de techniek lijkt compleet. De motor kan met de hand gedraaid worden, maar we hebben nog geen poging gedaan hem aan de praat te maken. Dat laten we aan jou over, zodra je hem een mooi nieuw leven gaat geven.